Cathrijn Jacobsdochtershofje werd per testament in 1598 gesticht door Cathrijn Jacobsdochter, de weduwe van een kennelijk welgestelde kleermaker die op stand in de Breestraat woonde. Cathrijn was de onwettige dochter van priester Jacob. Die status maakte dat zij formeel niet bestond. Een flinke som geld maakte haar echter een wettig kind, waarna haar wens tot stichting van een hofje in vervulling kon gaan.

Het hofje lag eerst aan de Zegersteeg, maar werd in 1928 verplaatst naar de huidige locatie, waar eerder een scheepswerfje was gevestigd. In 1929 werd onder leiding van architect A. van der Heyden met de bouw begonnen. Het hofje is in de voor die tijd typerende moderne stijl gebouwd, waarbij de architect detailleringen met fraai metselwerk en de afwisseling van gele en rode bakstenen toepaste.

Nog tot aan het einde van de twintigste eeuw kende het hofje een portier, de laatste was Jan Borsboom, die tot op hoge leeftijd zijn taken zorgvuldig uitvoerde.

In de jaren 1994-1995 werden de huisjes ingrijpend gerenoveerd en het lijkenhuisje werd fietsenstalling. Een gevelsteen herinnert aan de renovatie.